Ik vind het leuk om foto’s te maken en ik houd van lekker eten. Wat ik helemaal graag doe is beide activiteiten combineren. Als ik iets heerlijks eet maak ik daar bijna altijd een foto van. Dit lijkt misschien een sneue hobby, maar ik kan je zeggen; het is echt heel nuttig. Zo wist ik me namelijk nog precies te herinneren hoe ontzettend geslaagd de bananamisu was die ik vorig jaar lente op Aruba at. Dat had ik waarschijnlijk minder goed onthouden zonder een foto te maken. Even een schets van de situatie; ik zat dus met Jelm te dineren op het strand bij een fijn restaurant genaamd Barefoot. Lekker met de voetjes in het zand, zo tof dat zoiets op Aruba gewoon kan. Het voorgerecht en het hoofdgerecht smaakten prima, maar toen kwam het toetje… Romig, zacht, met een tropisch tintje door de banaan en de chocolade droop er vanaf… Zo super lekker! En dat terwijl ik helemaal niet zo’n chocolademonster ben. Bij dit toetje was alles perfect in balans en het paste helemaal bij de setting.

Vooral dat dessert is me dus bijgebleven. Ik heb de foto thuis nog eens goed bestudeerd en heb het vervolgens zo goed mogelijk proberen na te maken. Dat lukt soms aardig, soms totaal niet en soms lukt het gewoon geniaal goed. Bij de bananamisu is er sprake van dat laatste. Als ik het eet ben ik in gedachten weer eventjes bij dat fijne dinertje onder de Arubaanse zon, ook al klettert de regen tegen mijn Hollandse keukenraam. Ik maakte negen stukjes en ik moet toegeven dat die nog dezelfde avond allemaal spoorloos verdwenen waren. Dit wil je proeven, dus daarom deel ik vandaag mijn interpretatie van het recept.

Ingrediënten:

3 eieren op kamertemperatuur
100 gram suiker
60 gram bloem
10 gram custard
2 bananen
250 gram mascarpone
1 eetlepel cacaopoeder
wat chocoladesaus
wat citroensap

Wat moet je doen:

1. Verwarm de oven voor op 160 graden.
2. Splits de eieren. Klop de eiwitten luchtig in stijve witte pieken. Voeg vervolgens 70 gram suiker toe en klop dit nog even mee.
3. Spatel daarna de eidooiers door het luchtige eiwit.
4. Zeef vervolgens de custardpoeder en de bloem boven de kom. Roer dit er krachtig doorheen.
5. Vet een kleine vierkante bakvorm (ik gebruikte een brownievorm) in met een beetje olie. Bekleed de vorm met bakpapier. Schep het luchtige beslag in de vorm en strijk glad.
6. Bak het biscuitdeeg ongeveer 15 minuten in de oven tot een goudbruine luchtige cake. Steek er een prikker in om te checken of de cake gaar is, zet hem anders nog even een paar minuutjes terug in de oven.
7. Laat het biscuit goed afkoelen en snijd hem daarna voorzichtig horizontaal door de helft.
8. Pureer één banaan helemaal glad. Dat gaat het gemakkelijkste met een staafmixer of een keukenmachinetje, maar prakken met een vork werkt ook. Voeg een theelepel citroensap toe en roer dit erdoorheen.
9. Klop de mascarpone los en voeg de resterende suiker en de bananenpuree toe. Roer het geheel goed door elkaar.
10. Besmeer de onderste cakeplak met de helft van het romige bananenmengsel. Plaats de andere cakeplak erbovenop.
11. Smeer de rest van het bananenmengsel uit over de bovenkant van de cake en strooi de cacaopoeder erover. Je kunt hiervoor het beste een klein zeefje gebruiken. Zo kun je de cacaopoeder gelijkmatig verdelen.
12. Snijd de andere banaan in plakjes. Besprenkel de plakjes met wat citroensap tegen het verkleuren. Gareer de bananamisu met de plakjes banaan.
13. Giet daarna wat chocoladesaus over het geheel. Snijd tenslotte de bananamisu in stukjes en serveer.

Het lijkt misschien veel werk om eerst een kleine cake te bakken van biscuitdeeg, maar geloof mij, het is zo gepiept! En het is sowieso de moeite waard. Ga jij het ook proberen?