Ik ben geboren en getogen in Friesland. Wat ik een van de leukste dingen vind aan mijn provincie? De lekkere typisch Friese zoetigheden! Zoals suikerbrood of nog beter: oranjekoek. ♥ Ieder jaar was het tijdens mijn verjaardag geen vraag welke taart er geserveerd zou worden. Bij mijn broertje en zusjes trouwens ook niet. Er werd altijd standaard een grote oranjekoek in huis gehaald met daarop je naam en leeftijd geschreven met gesmolten chocolade. Echt een traditie. Zelfs toen ik twintig werd ontbrak de oranjekoek niet, inclusief naam en leeftijd van chocolade, haha. En na al die jaren ben ik de oranjekoek nooit zat geworden. Ik houd ervan!

Ooit heb ik er zelf eens eentje gemaakt. Althans, dat wilde Jelm toen graag. Het kwam er uiteindelijk op neer dat mijn vader weer eens tegen een ‘probleem’ aanliep met zijn computer en Jelm optrommelde om het op te lossen. En zat ik dus in mijn eentje in de keuken te stuntelen met die oranjekoek. Écht stuntelen. Ik had toen geen vierkante bakvorm, dus propte ik ‘m in een ronde. Ik had destijds geen hakmolentje, dus probeerde ik amandelen te vermalen met een staafmixer. Dra-ma. Daarna nam ik me voor om nooit meer zelf een oranjekoek te maken en dat lekker over te laten aan Friese bakkers. Toch kwam ik onlangs op Facebook een foto tegen van een door mij gemaakte oranjekoek. Blijkbaar had ik twee jaar geleden een tweede poging gewaagd en het resultaat daarvan zag er op de foto nog best oké uit. Veel beter dan het resultaat van m’n eerste poging in ieder geval. Ik kreeg zin om er weer eens eentje te bakken. Zou het nu beter gaan? Ik heb inmiddels steeds beter keukengerei en mijn skills groeien ook langzaamaan, dus ik zag het wel zitten.

Ik bekeek op internet de recepten van Rudolph van Veen en Rutger van Heel Holland Bakt. En ik moet zeggen, ik vond het nu eigenlijk totaal geen lastig klusje meer. 🙂 Wil je ook een genieten van dit beroemde Friese gebak? Vandaag vertel ik je hoe je het zelf kunt maken.

Ingrediënten

voor de koek:

350 gram bloem
1 theelepel bakpoeder
200 gram lichtbruine basterdsuiker
30 gram roomboter + een klein beetje extra voor het invetten
1 ei
75 ml water
1 theelepel nootmuskaat
2 theelepels anijszaadjes
1 sinaasappel (rasp)
een snufje zout

voor het spijs:

150 gram amandelen
150 gram kristalsuiker
1 eiwit
een kneepje citroensap

voor het glazuur:

100 gram poedersuiker
1 à 2 eetlepels rode bessensap

voor de garnering:

200 ml slagroom
25 gram suiker
eventueel een zakje klopfix.
vruchtjes

Wat moet je doen:

1. Pak er een vierkante vorm bij van ongeveer 22 cm breed. Bekleed de bodem van de vorm met bakpapier en vet de randen in met een klein beetje boter.
2. Voeg alle ingrediënten voor het deeg toe aan een kom en kneed er een soepel deeg van. Het deeg is een beetje plakkerig, maar dat hoort zo. Wikkel de deegbal in folie en leg ‘m daarna even weg in de koelkast voor een half uurtje. Je kunt er ook voor kiezen om het deeg zo’n tien minuutjes in de vriezer te leggen, dat gaat sneller. Je kunt er straks makkelijker mee werken als het koud is.
3. Ga daarna verder met het maken van het amandelspijs. Stop de amandelen en de suiker in een hakmolentje en laat deze draaien tot alle amandelen vermalen zijn. Voeg daarna het eiwit en een kneepje citroensap toe. Laat het machinetje nog even draaien en zorg ervoor dat alles goed mengt. Wikkel het spijs daarna ook in folie en leg het even weg in de koelkast of vriezer, zodat je er straks gemakkelijker mee kunt werken.
4. Verwarm de oven ondertussen voor op 165 graden.
5. Pak het deeg er weer bij. Strooi wat bloem op het aanrecht en verdeel het deeg in tweeën. Rol de helft van het deeg uit tot het ongeveer de grootte van de bakvorm heeft.
6. Bekleed de bodem van de vorm met een laag deeg.
7. Rol daarna het spijs uit verdeel dit over de deeglaag. Zorg ervoor dat je het spijs gelijkmatig over de hele vorm verdeelt.
8. Rol vervolgens de overige deeghelft uit tot een lap en leg die bovenop het spijs.
9. Bak de koek in een half uurtje gaar in de oven. Laat de koek eerst goed afkoelen voor je verder gaat met de garnering.
10. Meng het poedersuiker met het bessensap en roer dit goed door, zodat er een dik glazuur ontstaat. Bestrijk de bovenkant van de taart hier netjes mee. Dit gaat het gemakkelijkste met een paletmes. Laat het even drogen. Snijd daarna voorzichtig de randen van de oranjekoek af en verdeel de taart in stukjes.
11. Klop ondertussen de slagroom met de suiker en eventueel een zakje klopfix stijf. Schep de slagroom in een spuitzak en spuit toefjes op elk stukje taart. Garneer elk stukje met wat fruit.

Heb er lekker veel foto’s van geschoten zoals je ziet. Maar goed, het is dan ook een heel fotogeniek gebak. Althans dat vind ik. De foto’s zijn overigens inmiddels het enige wat nog herinnert aan deze negen gebakjes, want er is geen kruimel meer van over. Jelm heeft een paar stukjes gehad, maar ik moet toegeven dat ik vooral zelf schandelijk heb zitten vreten. Ik vind dit ZO lekker. Echt een aanrader om ook eens te maken.

Heb jij weleens oranjekoek gegeten? Ben je er ook zo gek op? Mocht je ook zelf een oranjekoek bakken, deel dan zeker het resultaat even met me via social media. Vind ik hartstikke leuk! 🙂