Fijne Paasdagen iedereen! Vandaag ben ik lekker aan het bloggen, maar gisteren heb ik wel Pasen gevierd. Aan het einde van de ochtend vertrokken Jelm, Hermie en ik naar familie om daar gezellig en vooral uitgebreid (!) te brunchen. Ook Hermie zorgde ervoor dat hij lekker kon eten, want hij viste brokjes uit de bak van de hond van mijn oom en tante. Wat de sufferd nog prima vond ook nog, haha. Daarna gingen we even lekker wandelen en toen stond het volgende eetfestijn alweer op het programma; gourmetten met oma. Natuurlijk mocht een lekker toetje niet ontbreken, dus maakte ik rabarbertiramisu. Dit toetje maak ik weleens vaker en vind ik altijd een succes. Het recept duikelde ik ooit eens op via de Allerhande. Mocht je het niet kennen, lees dan zeker even verder, want ik deel het vandaag op m’n blog.

Ingrediënten

voor vier stuks

300 gram rabarber
2 sinaasapppels (schoongeboend)
4 eetlepels suiker
2 steranijsjes
250 gram mascarpone
125 ml slagroom
12 lange vingers

Wat moet je doen:

1. Snijd de rabarber in stukken van 2 cm. Ik gebruik alleen het rode gedeelte van de stengels.
2. Rasp de schil van de sinaasappels en pers de vruchten vervolgens uit.
3. Doe de rabarber, de helft van de sinaasappelrasp, het -sap, 3 eetlepels suiker en de steranijsjes in een pan. Breng aan de kook. Laat op middelhoog vuur zo’n vijftien minuutjes koken.
4. Schenk alles daarna in zeef en vang het sap op. Laat de rabarbercompote en het sap afkoelen. Vergeet niet om de steranijsjes uit de rabarber te vissen.
5. Klop ondertussen de slagroom met de resterende suiker lobbig. Gooi daarna de mascarpone erbij en mix nog even mee.
6. Breek de lang vingers doormidden en verdeel ze over de bodem van vier glazen. Giet het rabarbersap erop.
7. Verdeel vervolgens het mascarponemengsel over de glaasjes en eindig met een laagje rabarbercompote.
8. Het lekkerste is om de rabarbertiramisu nog een paar uurtjes weg te zetten in de koelkast. Zo kan het sap goed in de lange vingers trekken en kan het mascarponemengsel een beetje opstijven.
9. Garneer de toetjes vlak voor het serveren met een klein beetje sinaasappelrap. Gebruik hier niet te veel van, want ‘t is nog best sterk van smaak. Te veel is echt niet lekker, ik spreek uit ervaring. 😉

Als ik de foto’s zie krijg ik er acuut weer zin in. Ik moet bekennen dat het nog niet eens zo heel lang geleden is dat ik er eentje opat, want ik ontbeet er vanmorgen nog mee. Dit toetje is echt heerlijk. Niet moeilijk om te maken en lekker fris en romig van smaak. Perfect voor de lente. Kende jij dit recept al?